MENNO VON BRUCKEN FOCK

TIME TO END

Artiest / Band: 
S.O.T.E.(2009)
S.O.T.E. - TIME TO END

Het Nederlandse trio S.O.T.E. heeft er zeven jaar over gedaan om Time To End, een bijna één uur durend conceptalbum te schrijven. De cd handelt over drie karakters in het geteisterde geweten van één man, die om beurten proberen zich aan de overheersing van de andere twee te ontworstelen. Dat is geen alledaagse kost en het resultaat mag er bovendien zijn. Time To End is een indrukwekkend werkstuk dat alle aandacht opeist door zijn verscheidenheid aan stemmingen en stijlen. Zo is de opening rustig en licht orkestraal in de trant van IQ, maar dat gaat vervolgens over in een Rush-achtig thema dat wordt afgesloten met meerstemmige zang en een door toetsen begeleide, slepende gitaarsolo. De zang van gitarist Gerton Leijdekker is gedreven en theatraal en heeft veel weg van een iets hoger zingende Peter Nicholls (IQ). De dromerige sfeer in Morning Session met de door akoestische gitaar gedragen fluitmelodie, gaat langzaam over in een dreigender passage die het midden houdt tussen metal en fusion. Het subtiele, regelmatige fretloze basspel op de zes- en achtsnarige bas van Peter Boer dragen bij tot de enigszins jazzy component. Jack's Friend bevat meer invloeden van Queensrÿche en Rush. Vervolgens hoor je akoestisch gitaargetokkel in het rustige The Day Fly Past met een wat steviger elektrisch einde en een heerlijke akoestische gitaarsolo. Something Building begint atmosferisch, maar al snel barst het Rushachtige geweld weer los met daartussenin een Peter Hammill-achtige passage. In Fire Incarnate komt Queensrÿche weer nadrukkelijk in beeld met opnieuw zo'n apart, instrumentaal en slepend tussenstuk met mooi gitaarwerk. In Bitter worden zowaar wat Pink Floyd-invoeden gemixt met Dream Theater, mede doordat de tweestemmige zang een octaaf verschilt. Victim Of Circumstance heeft eenzelfde stijl - Anathema dient zich hier aan - maar door de fretloze bas krijgt het nummer toch een andere wending. Different Sensation heeft ook een nadrukkelijk Queensrÿche-stempel en het bevat een prima synthsolo van Martijn Bos met een spacey slot. De apotheose heet toepasselijk Time To End en doet aan Scenes Of A Memory van Dream Theater denken. Het intelligente drumwerk van Menno de Vries, die inmiddels is vervangen door Emile Boellaard, en de vergelijkingen met de grote namen in het genre, zijn een vingerwijzing voor de klasse die dit door de heren Leijdekker en De Boer geproduceerde werkstuk uitstraalt. De drie bandleden gebruiken allen synthesizers, waardoor zeker ook een symfonische inslag is te horen. De zang is, zoals vrijwel altijd, aan discussie onderhevig, maar naar mijn smaak is Time To End een knap en interessant album dat door zijn eigenzinnigheid ver boven de grijze massa uitstijgt. Ook het artwork is goed verzorgd, hoewel een deel van de tekst amper te lezen is.