De Zwitserse band Flame Dream was actief tussen 1977 en 1986 en was muzikaal zwaar beïnvloed door Genesis. In die periode nam de band vijf uitstekende symfoalbums op en nog een zesde met een duidelijk minder progressief karakter. Tot mijn niet geringe verbazing werd geen van deze albums besproken in iO Pages en op deze website slechts één! Evenals schrijver dezes, die enkele malen Esoteric Recordings aanschreef om de albums van Flame Dream opnieuw op cd uit te brengen, zijn er kennelijk meer fans geweest met soortgelijke verzoeken. Die verzoeken hebben er kennelijk mede toe geleid dat deze band nu nieuw leven is ingeblazen. Niet alleen wordt de nimmer aflatende stroom van steunbetuigingen beloond met een reünie, maar Flame Dream komt nu, na bijna veertig jaar, met een nieuw album en daarbij de toezegging dat in elk geval drie oudere albums opnieuw uitgebracht zullen worden op cd. Vier voormalige leden die feitelijk ook de kern van de band vormden, maken opnieuw deel uit van de bezetting aangevuld met gitarist Alex Hutchings. Er staan op Silent Transition slechts zes tracks en vier daarvan klokken ruim over de tien minuten. Met andere woorden: er staan vier echte epics op! Silent Transition bevat een dik uur muziek, waarin toetsenist Roland Ruckstuhl, bassist Urs Hochuli, drummer Pit Furrer en zanger Peter Wolf, die bovendien de blaasinstrumenten bespeelt, bewijzen hun compositorische kwaliteiten noch hun instrumentale vaardigheden verleerd te zijn. Deze heerlijke toetsen-gedomineerde, symfonische rock mag er zijn met veel lange instrumentale passages, vloeiende melodieën en prettige zang. De bijdragen van Hutchings zijn bijzonder smaakvol, goed gedoseerd en nergens agressief of overheersend, maar ze vormen een prachtige aanvulling op de rijkelijk van orkestrale arrangementen voorziene muziek. Zo heeft Velvet Clouds een erg leuk instrumentaal tussenstuk dat begint met piano, bas, drums en akoestische gitaar. Vervolgens wordt het verder opgebouwd met toevoeging van orgel en heerlijke solo’s op de akoestische gitaar, voordat de elektrische evenknie het overneemt, gevolgd door een smaakvolle synthsolo. Het voorlaatste deel is meer uptempo met daarin een duet tussen synth en elektrische gitaar. Het nummer sluit af met piano met subtiele begeleiding van ‘strijkers’. Het kortste nummer is, met toch nog ruim zes minuten, een sentimentele ballad met vooral piano en orkestraties als begeleiding, beperkt slagwerk en een synthesizerbas dus vrijwel uitsluitend Ruckstuhl, Wolf en Furrer. Signal On The Shores begint met meerstemmig geneurie, maar halverwege komt dit vrijwel geheel instrumentale nummer pas echt op gang met de volledige band en een hoofdrol voor Hutchings. Met Windings Paths, een track van bijna een kwartier, sluit deze bijzonder aangename verrassing af. Door de inspiratiebronnen van de muziek van Genesis en Eloy heen, zijn ook flarden van synthipop à la Howard Jones te horen. Ook hier weer een lang en prachtig instrumentaal intermezzo, waarin vooral Hutchings en ook Ruckstuhl zich mogen uitleven. Het nummer wordt afgesloten met een klassiek getint stukje op keyboards. Samenvattend kan ik alleen maar stellen dat dit een meer dan welkome comeback is van deze bijna vergeten en ondergewaardeerde Zwitserse progrockband.