Dat Arjen Lucassen een neus heeft voor goede muziek en vooral voor aanstormend talent mag als genoegzaam bekend worden verondersteld. Het zoveelste bewijs ligt in mijn cd-speler: Nightingale, de Zweedse band rond Dan Swanö, de man met de enigszins rauwe en diepe stem. Deze muzikant heeft zijn sporen als engineer al ruimschoots verdiend en eigenlijk had niemand – ook Dan zelf niet – verwacht dat hij samen met broer Dag Swanö (bas, gitaar, keyboards), Tom Björn (drums) en Erik Oskarsson (bas) als Nightingale nog een album zou uitbrengen. Zwaar leunend op de beste AOR van eind jaren zeventig en beginjaren tachtig, presenteert Swanö tien composities die weliswaar niet vernieuwend zijn, maar bol staan van kwaliteit, mooie melodieën, vakmanschap, spelplezier en vooral ’s mans zeer karakteristieke zang. Een fris geluid, pakkende riffs en een geweldige productie laten de luisteraars met volle teugen genieten van muziek die vergelijkbaar is met Power (1986) van Kansas, het beste van Foreigner en de bluf en overtuiging van bands als Nickelback en Alter Bridge. De zang en zeker ook het zeer smaakvolle gebruik van toetsen, maken echter het verschil met laatstgenoemde bands. Natuurlijk mag de ballad niet ontbreken en dat is Divided I Fall met piano, akoestische gitaar, wat strings en Swanö’s zang: meer heeft zo’n track niet nodig. Het prettig zeurende synthesizertje is nog een extra smakelijk toetje. Van deze kwaliteit ‘symfonische AOR’ mogen er meer op mijn pad komen; daar word ik echt enthousiast van! Als deze recensent voor Aardschok had geschreven dan was dit Zweedse product vast eremetaal geworden; voor iO Pages rest ‘slechts’ een ‘tip’…