Andromeda, het Zweedse progmetalkwintet onder leiding van de zeer begenadigde gitarist Johan Reinholdz levert met Chimera zijn vierde album af sinds Extensions Of The Wish (2001). De band begon in 2004 met de opnamen van de negen stukken die op dit album staan. Het eindresultaat is een krap uur progmetal van de bovenste plank. De productie is prima en niet al te vet, enigszins vergelijkbaar met het eerste album van Dream Theater, een band die je behoorlijk terughoort in de muziek. Er is sprake van talloze tempowisselingen en scherpe contrasten tussen metalriffs, zoals het begin van No Guidelines, en schitterende symfonische passages, zoals het intro van Inner Circle, die deze schijf interessant maakt. Tegelijkertijd is het ook een moeilijk te beluisteren album, omdat de gecompliceerde thema’s minder gemakkelijk in het gehoor liggen dan de diverse refreinen. De zang van David Fremberg is goed verzorgd, maar de middelhoge stem pakt mij niet erg. Vooral het forceren in The Cage Of Me - à la James LaBrie (Dream Theater op het album Awake - komt bij mij niet lekker over. Daarbij komt dat ik nooit zo weg geweest ben van de ‘telefoonstem’ die op enkele nummers wordt gebruikt, maar dat zijn puur persoonlijke voor- en afkeuren! De kwaliteit van de heren Fabian Gustavsson (bas), Thomas Lejon (drums), Martin Hedin (toetsen) en Reinholdz druipt er continu vanaf. Toch spreken de melodieuze stukken mij veel meer aan dan de wat nerveuze riedeltjes, zoals aan het begin van Going Under. Het mooiste nummer vind ik The Hidden Riddle, een wat langzamere track met een relatief stabiel tempo. Chimera is een aanrader voor liefhebbers van de meer nerveuze kant van Dream Theater.