Kayak speelde eind 2012 jaar de laatste concerten in het kader van het veertigjarig bestaan en dat zegt voldoende over de kwaliteit en de duurzaamheid van de groep. Van de bezetting van 1978 met Max Werner, Johan Slager, Peter Scherpenzeel en de achtergrondzangeressen Katherine Lapthorne en Irene Linders, maken alleen Ton Scherpenzeel en Edward Reekers nog deel uit. Het prachtig blauwe vinyl gaat op de draaitafel en nummers als Daphne, de sublieme titeltrack en natuurlijk de grote hit Ruthless Queen maken opnieuw indruk. Ook de overige composities zijn alle van Ton Scherpenzeel en diens vrouw Irene Linders. De subtiele arrangementen met strijkers en blazers en de karakteristieke, melodieuze popsongs met een symfonisch tintje maken van dit album een dijk van een plaat. De muziek wordt gedragen door de formidabele stem van Reekers die toentertijd wat scherper was dan nu. Max Werner laat het geluid van het eerste uur nog even herleven in het door hem gezongen No Man’s Land. Journey Through Time vind ik hét schoolvoorbeeld van een typisch frivole Kayak-song, althans voor zover gecomponeerd door Scherpenzeel. De geluidskwaliteit is goed, strak en helder maar niet overdonderend, terwijl je de volumeknop best ver moet opendraaien.
Phantom Of The Night is een schitterend hebbedingetje voor vinylfanaten en een van de beste lp’s die Kayak ooit heeft opgenomen.