De Pool Wladyslaw Komendarek nam Szafirowa Chimera op toen hij 47 jaar was. Hij is afkomstig uit een bijzondere muzikale familie en hij kwam hij al vroegtijdig in aanraking met muziek. In de jaren zeventig was hij lid van de groep Exodus en in 1985 verscheen zijn eerste soloalbum. Zijn melodieuze elektronische muziek (EM) bevat invloeden uit de klassieke en de volksmuziek en varieert van statige, orkestrale stukken tot wat frivolere nummers waarbij je de zigeuner in hem kunt herkennen. Ondanks het feit dat Polen, zeker in die tijd, nog erg ver achter liep qua technische mogelijkheden, is deze ruim 73 minuten durende plaat best de moeite waard. Er staan tal van bijzonder aantrekkelijke melodieuze stukken op met interessante samples en prachtige sequences. Zonder enige twijfel is Komendarek een uiterst talentvolle muzikant die de mogelijkheden van hemzelf en zijn apparatuur volledig heeft benut. Invloeden zijn lastig aan te geven maar raakvlakken met Vangelis, Jean-Michel Jarre en met het album Constellation (1983) van Klaus Doldinger - luister maar eens naar Spirit Spectre - hoor ik er duidelijk in terug, evenals die van de Duitse symfonische muziek in een elektronisch jasje. In het lange Epoch Mirror zijn momenten die herinneren aan Tangerine Dream en geven de ritmes en kinderkoortjed wat meer een sythipopgevoel. Dat laatste komt ook duidelijk tot uiting in het ritmische Path To Paradise. De vele effecten en de stemmetjes zo hier en daar - waaraan ik nu eenmaal een hekel heb - hadden wat mij betreft achterwege mogen blijven en de wat al te poppy passages doen mijns inziens afbreuk aan de schitterende stukken op dit album. Desondanks toch een zeer ruime voldoende.
ENGLISH:
The Polish musician Wladyslaw Komendarek recorded Szafirowa Chimera at the age of 47. He grew up in an extremely musical family. He came in contact with music at a very early age. During the early seventies he was a member of the group Exodus and his first solo album appeared in 1985. His melodic electronic music reflects influences from both classical and folk music and varies from stately orchestral pieces to more frivolous works in which the electronic gypsy in him is revealed. Despite the fact that Poland, certainly at the time, was very much behind the western countries with respect to technology and possibilities, this CD with a playing time of 73 minutes, is worth seeking out because there are a number of especially attractive melodic pieces here containing interesting samples and gorgeous sequences. Without doubt, the work of a very talented musician, who has absolutely made the most of his own potential and that of his instruments. It´s difficult to name any specific influences here, but I do hear echoes of Vangelis, Jean Michel Jarre and the album Constellation by Klaus Doldinger, just listen to Spirit Spectre, and also German progressive music in an electronic form. There are recognizable moments of Tangerine Dream in the long track Epoch Mirror whereas the rhythm and children’s choir lend it a synth pop feel. The latter is more directly present in the rhythmic Path To Paradise with its many effects and voice samples, which I particularly dislike, dropped in here and there. This one could have been left out and the other slightly too pop-orientated tracks, in my opinion, distract from the other wonderful pieces here. Overall, though, this is a thoroughly worthwhile album.